In het Britse parlement wordt op dinsdag gestemd over de brexit-deal. Omdat veel parlementariers het niet eens zijn met het conceptakkoord, is een afwijzing van de deal waarschijnlijk. Wat zijn dan de gevolgen voor het Nederlandse bedrijfsleven? En voor de sector transport en logistiek?
In een rapport belicht ABN Amro de gevolgen van een wanordelijke brexit voor het Nederlandse bedrijfsleven. Als het Britse parlement het brexit-akkoord op 15 januari afwijst, neemt de kans op een no deal toe: het Verenigd Koninkrijk treedt dan zonder afspraken over het verkeer van goederen, diensten en personen uit de Europese Unie.
Gevolgen voor Nederlandse bedrijfsleven
Dat kan voor het Nederlandse bedrijfsleven negatief uitpakken. ABN Amro verwacht voor Nederland dit jaar een 0,5 procent lagere bbp-groei bij een no deal. Het VK is na Duitsland en België de derde exportmarkt voor Nederland. Omgekeerd is Nederland de vierde exportmarkt voor de Britten. Voor Nederlandse importeurs van goederen die in het VK worden geproduceerd, heeft een wanordelijke brexit onder meer als nadelig gevolg dat de productaansprakelijkheid naar de importeur verschuift, aangezien de Britse producent niet langer in de EU zetelt. Exporteurs krijgen te maken met twee douanes: naast de Nederlandse ook de Britse.
Ook bedrijven die niet direct met het VK handel drijven, gaan de gevolgen merken door bijvoorbeeld langere levertijden en hogere prijzen van goederen.
Transport en logistiek meest kwetsbaar bij no deal
Volgens ABN Amro is de sector transport en logistiek het meest kwetsbaar bij een no deal. Transportbedrijven, die nu slechts twee of drie documenten nodig hebben voor export naar het VK, krijgen met veel administratieve rompslomp te maken. Dat worden bij een harde brexit minimaal zeven documenten. Bovendien zorgen grenscontroles die worden ingevoerd bij een no deal voor extra wachttijden. Een gemiddelde ferry telt 5,5 kilometer aan vrachtwagens, 300 personenwagens en 1.200 passagiers. De wachtrijen die kunnen ontstaan zijn een groot risico voor transporteurs van bederfelijke waar en voor just-in-time-leveranties.
Andere scenario’s: ordelijke brexit en bremain
Het is ook mogelijk dat het Britse parlement het brexit-akkoord tegen de verwachtingen in toch goedkeurt. Het VK treedt dan op 29 maart uit de Europese Unie, maar er wordt gewerkt met een overgansperiode tot 31 december 2020. Bedrijven en andere organisaties krijgen in die periode de tijd om zich voor te bereiden op nieuwe regels die gelden na 31 december 2020. In dat geval is er tot en met 31 december 2020 nog vrij verkeer voor goederen, diensten en personen. Een ‘orderly brexit’ heeft op korte termijn geen nadelige effecten op de Nederlandse bbp-groei, zo verwacht ABN Amro.
Ook een bremain is mogelijk, wanneer de Britse regering de uittreding herroept of wanneer het VK er ondanks een deal niet in slaagt om in de overgangsperiode tot nieuwe afspraken te komen over het verkeer van goederen, diensten en personen. In deze gevallen blijven de EU-regels van toepassing in het VK. De bank verwacht dat dit scenario geen effecten zal hebben op de groei van het Nederlandse bbp.
Premier May stelde maandag al dat de brexit van de baan is wanneer haar deal niet wordt goedgekeurd. Zij acht een bremain waarschijnlijker dan een harde brexit (no deal).
Afbeelding: Alexandros Michailidis / Shutterstock.com