Ook als de tweede coronagolf nog lang aanhoudt ontstaat er geen tekort aan medische hulpmiddelen zoals mondmaskers en handschoenen. Dat bevestigt Alex van der Putten, verantwoordelijk voor Logistiek & Distributie van het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH). In de warehouses van het LCH ligt genoeg voorraad om het een behoorlijke tijd uit te zingen.
Toen COVID-19 in maart in Nederland uitbrak steeg de vraag naar persoonlijke beschermingsmiddelen zoals mondkapjes, handschoenen en beschermende kleding snel. Ondertussen waren logistieke ketens zwaar verstoord en concurreerde men met elkaar om beperkte voorraden. “Had je normaal een paar honderd FFP-maskers per week nodig in het ziekenhuis, dat waren er opeens bijna tienduizend. Geen enkele toeleveringsketen is erop gebouwd zo snel op te schalen”, legde Alex van der Putten uit tijdens een digitale bijeenkomst van GS1.
Robuust en flexibel logistiek netwerk
Door ziekenhuizen, de markt en de overheid (het ministerie van Volksgezondheid) samen te laten werken bij de inkoop, zouden voorraden beter verdeeld moeten worden. Op 20 maart kreeg het LCH vorm. Van der Putten: “VWS gaf ons twee opdrachten: zorg ervoor dat je hulpmiddelen koopt én zorg ervoor dat ze deze kant opkomen – tot aan het ziekenhuis of andere zorginstelling. Op 28 maart begonnen we met uitleveren.”
De spullen kwamen voornamelijk vanuit China en Maleisië. Een logistieke uitdaging, omdat aanvoer via vliegtuig of schip grotendeels plat lag. In een paar dagen tijd richtten Van der Putten en zijn collega’s een ‘robuust en flexibel’ logistiek netwerk op. “Veerkrachtig en bovenop bestaande systemen, zowel met vliegverkeer, de ophaallocaties als transport naar de zorgaanbieders.”
In samenspraak met koepelorganisaties en andere stakeholders werd een toestemmingstabel ontwikkeld, voor allocatie van de middelen op basis van vier schaarsteniveaus. Bij minder dan 72 uur aan voorraad werd er gesproken van ‘niveau rood’. “Ook keken we naar wat het logische verbruik zou zijn op basis van onder meer personeelsomvang. Alles met als doel om de schaarse middelen zo goed mogelijk te verdelen.” Op basis van aanbod en vraag werd uiteindelijk een verdeling gemaakt. Van der Putten: “Met name in het begin was de afhankelijkheid van het LCH groot, later werd er weer meer geleund op de eigen leveranciers.”
45 miljoen mondmaskers op voorraad
Via een dedicated luchtbrug met KLM is sinds maart meer dan 280 keer gevlogen om voorraden op te halen. In Nederland werd alles naar het dc in Vianen gebracht en direct verdeeld. “Op een gegeven moment kregen we een buffervoorraad en konden we ook voorraden via langzamer transport – vooral schepen – binnenhalen. In totaal kregen we 3.000 containers binnen.” Tot en met half september zijn er ruim 140 mijoen beschermingsmiddelen uitgeleverd aan 5.200 zorginstellingen, van UMC tot huisarts.
Volgens Van der Putten is er genoeg om het een behoorlijke tijd uit te zingen, ook met de weer oplopende vraag. Er is nog veel onderweg en er wordt gewerkt aan meer productie in Nederland om de afhankelijkheid van het buitenland te verminderen. “Zo hebben we nu een miljard chirurgische mondmaskers op voorraad bij het LCH, 700 miljoen handschoenen, meer dan 45 miljoen FFP mondmaskers etc. Er is dus genoeg tijd om op te schalen. Voor nu stellen we: bestel eerst bij je eigen leverancier en alleen als dat niet lukt, bij het LCH. We moeten een noodlijn blijven. Nederland moet niet afhankelijk van ons worden.”
