Na een veelbesproken reportage op de Franse televisie heeft Amazon op Twitter bevestigd dat het in opdracht van externe verkopers onverkochte producten vernietigt. Doneren aan goede doelen zou geen optie zijn door de btw-regels die Frankrijk hanteert.
Op zondag toonde Capital, een programma op de Franse televisiezender M6, dat Amazon in haar distributiecentrum in Saran op grote schaal producten vernietigt. In het relatief kleine dc bij Orléans verzorgt Amazon de fulfilment van bestellingen van externe verkopers. In hun contracten krijgen de verkopers de keuze voorgelegd om onverkochte voorraden terug te nemen, of te laten vernietigen.
In negen maanden tijd zouden er in Saran al 293.000 producten zijn vernietigd, zo werd op zondagavond bekend. Deze producten worden verbrand of gaan naar vuilstortplaatsen. Geschat wordt dat Amazon in alle Franse distributiecentra zo’n 3 miljoen producten per jaar vernietigt.
In Frankrijk werd geschokt op de reportage van Capital gereageerd, onder meer door politici. In een online petitie wordt Amazon opgeroepen om bruikbare, onverkochte producten aan arme gezinnen te schenken.
Amazon bevestigt vernietiging producten
Amazon heeft op Twitter inmiddels op de ophef gereageerd. In drie tweets bevestigt de online reus dat het een deel van de onverkochte producten vernietigt. “Bij Amazon wordt slechts een klein deel van de niet-verkochte producten vernietigd, de overgrote meerderheid wordt gerecycled, doorverkocht, geretourneerd of gedoneerd”, schrijft het Amerikaanse bedrijf.
Franse btw-regels maken doneren ‘economisch niet haalbaar’
Producten van externe verkopers zou Amazon niet aan goede doelen kunnen schenken, omdat Franse belastingregels dat belemmeren. “Met betrekking tot donaties van externe leveranciers, vereisen de huidige btw-regels dat verkopers hier btw op betalen, wat economisch niet haalbaar is.” Amazon vervolgt: “We streven ernaar om het aantal producten waarvoor we geen andere keuze hebben dan vernietiging te verminderen, onder meer bij de juiste autoriteiten aan te kloppen.”